Het verbod op verbrandingsmotoren staat vast
Vanaf 2035 mogen er in de EU geen nieuwe diesel- of benzineauto’s meer worden geregistreerd. Er zijn uitzonderingen voor e-brandstoffen.

Het verbod op verbrandingsmotoren staat vast
Op 28 maart hebben de EU-ministers van Transport de wet aangenomen om de CO₂-vlootdoelstelling voor nieuw geregistreerde auto's aan te scherpen. Conclusie: Vanaf 2035 mogen er geen nieuwe auto’s meer verkocht worden die op benzine of diesel rijden. Nu moet de Commissie nog het plan presenteren hoe het ook na 2035 nog steeds mogelijk moet zijn om auto’s die uitsluitend op e-brandstoffen rijden opnieuw te registreren. Voor deze auto’s die worden aangedreven door synthetische brandstoffen die zijn geproduceerd met hernieuwbare energie, moet een nieuwe voertuigcategorie genaamd ‘alleen e-brandstoffen’ worden gecreëerd en opgenomen in de vlootlimietverordening. Betrokkenen willen in het najaar van 2024 de nodige stappen hebben gezet. De wet geldt alleen voor nieuw geregistreerde auto’s. Bestaande voertuigen vallen niet onder de nieuwe EU-regelgeving. Striktere vervuilingsrichtlijnen voor de beheersing van luchtverontreiniging kunnen er echter voor zorgen dat oudere auto's te maken krijgen met lokale rijverboden.
De Europese Commissie had in een brief aan de federale overheid al criteria voorgesteld voor de goedkeuring van nieuwe voertuigen die uitsluitend op CO₂-neutrale brandstoffen rijden. Deze zouden een verplichting voor fabrikanten kunnen omvatten om een soort ‘manipulatie-instrument’ in nieuwe auto’s te integreren. Dit moet ervoor zorgen dat de motor niet meer start als de auto gevuld is met fossiele brandstof. Met behulp van sensortechnologie zou een dergelijke oplossing technisch haalbaar zijn. De aangenomen wet om verbrandingsmotoren uit te faseren, verplicht autofabrikanten om binnen een jaar, dus voor het gehele wagenpark, de totale CO₂-uitstoot van alle auto’s die zij verkopen geleidelijk te verminderen. Tegen 2030 zal de CO₂-uitstoot van nieuw geregistreerde auto’s naar verwachting met 55 procent dalen ten opzichte van 2021 en tot nul in 2035.
Met de wet om verbrandingsmotoren uit te faseren, zet de EU de koers uit voor elektromobiliteit: de CO₂-uitstoot uit de uitlaatgassen wordt als enige meetvariabele gebruikt – en volgens de huidige stand van de techniek kan aan deze eis alleen worden voldaan met elektrische auto’s of waterstofbrandstofcelvoertuigen. De productie ervan zal de komende jaren sterk worden gepromoot. Deskundigen gaan er echter van uit dat waterstof vooral in de industrie zal worden toegepast. Begin 2023 waren er in Duitsland al meer dan een miljoen puur elektrische auto's geregistreerd, en tegelijkertijd waren er ongeveer 75.000 oplaadpunten in de openbare ruimte - en de trend stijgt. Om aan de groeiende vraag te voldoen heeft de Duitse federale overheid een doel gesteld van één miljoen oplaadpunten in 2030. Tegen die tijd moeten er in Duitsland 15 miljoen elektrische auto’s zijn.
Volgens de Duitse automobilistenclub ADAC komt er in de toekomst geen verbod op de doorverkoop van gebruikte benzine- of dieselmotoren. De nieuwe wet is alleen van toepassing op auto's die vanaf 1 januari 2035 nieuw zijn geregistreerd. Auto's met verbrandingsmotoren mogen na deze dag dus worden doorverkocht en geregistreerd – op voorwaarde dat het niet de eerste registratie betreft. Zelfs als de meeste autofabrikanten in de jaren dertig willen stoppen met de ontwikkeling van nieuwe verbrandingsmotoren voor de Europese markt, zullen diesel- en benzinevoertuigen daarna een grotere rol blijven spelen. Volgens de ADAC zou de levering van reserveonderdelen daarom in eerste instantie probleemloos moeten blijven. Het valt nog te bezien hoe het besluit van de EU-minister van Transport de prijsontwikkelingen op de markt voor gebruikte auto's met verbrandingsmotoren zal beïnvloeden. Volgens deskundigen zou de dalende vraag naar oudere verbrandingsmotoren, vooral dieselvoertuigen met Euro 4- en 5-normen, kunnen worden gecompenseerd door een grotere vraag buiten de EU.