Handel in auto-onderdelen: concurrentie in gevaar

Transparenz: Redaktionell erstellt und geprüft.
Veröffentlicht am und aktualisiert am

Uit huidige marktvergelijkingen voor voertuigreparaties blijkt dat zonder reparatieclausule 13 procent hogere prijzen kunnen worden verwacht.

Aktuelle Marktvergleiche bei Kfz-Reparatur zeigen: Ohne Reparaturklausel ist mit 13 Prozent höheren Preisen zu rechnen.
Uit huidige marktvergelijkingen voor voertuigreparaties blijkt dat zonder reparatieclausule 13 procent hogere prijzen kunnen worden verwacht.

Handel in auto-onderdelen: concurrentie in gevaar

"Een reparatieclausule maakt meer concurrentie voor voertuigonderdelen mogelijk. Daarom is een snelle implementatie en toepassing in de EU en Oostenrijk noodzakelijk en belangrijk", zegt Sascha Öllinger, voorzitter van de Vereniging van Onafhankelijke Auto-onderdelendealers in Oostenrijk. Vanuit het perspectief van voertuigeigenaren zou de langverwachte invoering en toepassing van een reparatieclausule in de Europese Modelbeschermingsrichtlijn een belangrijke maatregel zijn in tijden van hoge inflatie. De Europese Commissie heeft het positieve effect van een reparatieclausule voor consumenten al in een marktstudie uit 2020 geïdentificeerd. In de lidstaten die niet over een wettelijke reparatieclausule beschikten, waren zichtbare voertuigvervanging en carrosseriedelen zoals koplampen, bumpers of deuren toen al tot 13 procent duurder, dat wil zeggen vóór de huidige inflatiegolf. De Europese Commissie schatte het besparingspotentieel voor de getroffen consumenten op maximaal 720 miljoen euro per jaar.

Fabrikanten investeren veel tijd en geld in het visuele ontwerp van hun producten. Zij hebben er dan ook terecht belang bij om het door hen uitvoerig ontwikkelde ontwerp te beschermen tegen imitatie. In de praktijk is echter gebleken dat veel voertuigfabrikanten modelbescherming hebben gebruikt om de productie en het op de markt brengen van dergelijke onderdelen te monopoliseren. Zoals de Europese Commissie in haar onderzoek heeft vastgesteld, heeft dit financiële nadelen voor voertuigeigenaren, omdat er geen gratis en dus meestal goedkopere reserveonderdelen als alternatief beschikbaar zijn. Deze situatie brengt echter ook nadelen met zich mee voor vele duizenden bedrijven in de reparatiesector. Terwijl individuele EU-landen de reparatieclausule al hebben ingevoerd, zijn er andere waar dit nog niet is gebeurd, waaronder Oostenrijk. Dit leidt tot rechtsonzekerheid en onvoorspelbaarheid – en daarmee tot ongelijke concurrentievoorwaarden. Dit aspect is ook relevant in verband met nieuwe marktdeelnemers uit derde landen die momenteel Europa binnendringen, vooral in het segment van de elektrische voertuigen.

De huidige situatie betekent dat het volkomen legaal kan zijn om gratis reserveonderdelen op de markt te brengen in een EU-land waar de reparatieclausule van toepassing is, maar niet in een buurland van de EU vanwege een ontbrekende reparatieclausule. Dit maakt het moeilijker om Europese toeleveringsketens te creëren. Tegelijkertijd zijn onafhankelijke auto-onderdelendealers en reparatiewerkplaatsen gedwongen reserveonderdelen van monopolisten te kopen - met de bijbehorende neveneffecten: hogere kosten maken hun diensten minder concurrerend. Dit kan op zijn beurt leiden tot het fenomeen reparatietoerisme en de migratie van toegevoegde waarde naar het buitenland. Sascha Öllinger eist daarom: “Een gemeenschappelijke interne markt heeft gemeenschappelijke regels nodig.” Dat de EU-modelbeschermingsrichtlijn momenteel in Brussel wordt herzien, is voor hem goed nieuws. “De reparatieclausule moet veel sneller worden toegepast dan nu in het herzieningsvoorstel is voorzien”, aldus de VFT-voorzitter.