ARBÖ: Hulppakket niet voldoende
De ARBÖ verwelkomt verlichting voor pendelaars, maar roept op tot verdere maatregelen.

ARBÖ: Hulppakket niet voldoende
Het kabinet heeft op de hoge energiekosten gereageerd met een hulppakket. Dit wordt echter van vele kanten bekritiseerd. Ook de ARBÖ vindt slechts beperkte lovende woorden.
De verhogingen van de reiskostenvergoeding en de pendel-euro zijn belangrijke stappen om de lasten voor de mensen in Oostenrijk te verlichten, aldus een verklaring van de vertegenwoordigers van automobilisten. "Iedereen die langere afstanden moet afleggen om naar zijn werk te gaan en geen alternatief heeft in de vorm van het openbaar vervoer, wordt momenteel geconfronteerd met bijzondere financiële lasten. Daarom kunnen de maatregelen voor pendelaars positief worden bekeken." Bij een brutoloon van 3.000 euro en recht op de grote reiskostenvergoeding bedraagt de belastingbesparing immers zo’n 60 euro per maand.
Toch gaat het hulppakket voor de ARBÖ niet ver genoeg. Alle Oostenrijkers die geen pendelaar zijn maar in het dagelijks leven nog steeds afhankelijk zijn van de auto, worden vergeten. “Gepensioneerden, maar ook gezinnen die op het platteland wonen en vanwege het gebrek aan openbaar vervoer afhankelijk zijn van hun eigen auto voor dagelijkse verplaatsingen, worden volledig buitengesloten”, bekritiseert de secretaris-generaal van de ARBÖ. Gerald Kumnig.
De ARBÖ blijft daarom pleiten voor een verlaging van de belasting op minerale oliën en een prijsplafond voor brandstof. “Het is gemakkelijk – in ieder geval tijdelijk – om de belasting op minerale oliën en de BTW te verlagen. Dat zou nuttig zijn en de lasten voor de mensen nu verlichten, en niet over een paar weken of maanden. We eisen ook dat de CO2-beprijzing die vanaf juli gepland is, wordt uitgesteld”, aldus Kumnig.